Klik op de foto’s voor groter
Het is al dagen onstuimig hier, maar vandaag komt het tot een hoogtepunt. Er wordt storm verwacht en diverse veerboten van en naar Schotse eilanden zijn vandaag geannuleerd. We duimen maar vast dat het woensdag allemaal wat rustiger is, want hoewel we hier best graag willen blijven, zonder onderkomen is dat toch een lastig verhaal.
Weertechnisch gezien hadden we misschien beter gisteren naar Harris kunnen gaan, maar op zondag is vrijwel alles dicht. En we hebben wel wat winkeltjes en andere dingen op het programma. Dus hups, warme kleren aan en de storm trotseren. Volgens de voorspellingen wordt het pas ‘s avonds echt erg, maar voorspellen is wel heel moeilijk dus daar vertrouwen we niet zo op.
We beginnen ons rondje Harris in Tarbert, waar we ook met de veerboot aankwamen. Dat lijkt al weken geleden. De veerboot laten we lekker links (of rechts) liggen, wij beginnen met een kop koffie bij The Deli. We scoren hier ook nog een wijnfles Schotse appelsap wat ons buiten The Deli meteen commentaar oplevert van een paar Schotten. We schuiven bij ze aan tafel – het regent een beetje en dit is de enige droge plek – en raken met ze aan de praat. Enerzijds worden we overladen met tips over wat we moeten doen, anderzijds klagen ze steen en been over het toerisme. Ik snap het wel. Toerisme is geen slecht ding, maar de balans is soms wel echt zoek.
Als de koffie op is, duiken we de Harris Distillery in. Leuke distillery dit! Vriendelijk welkom, voor proeven worden we uitgenodigd en er zijn echt mooie dingen te koop naast uiteraard de gin en whisky. We krijgen uitgebreid uitleg aan een balietje met daarop een foto van een knappe schot. Volgens de dame die ons laat proeven is dit de James Bond van de sugar kelp (zeewier) en duikt hij alle zeewier op voor de gins. Ik geloof er geen reet van en vermoed dat er minimaal een heel legertje James Bonds moet zijn. Maar die zijn waarschijnlijk niet zo knap als deze en mochten niet op de foto.
Het is een jonge distilleerderij, ze bestaan dit jaar 10 jaar en hun whisky is nog lang niet zo wijdverspreid als vele anderen. Er gaat een flesje mee de auto in samen met een doosje gin tea. Hier zit geen gin in, maar wel alle botanicals die ze voor de gin gebruiken. De Harris gin is trouwens ook echt heel lekker, maar die kunnen we in Nederland ook gewoon kopen.
Volgende stop: Harris Tweed. Enorme toeristenwinkel natuurlijk, maar sommige dingen moeten gewoon. En ze hebben echt prachtige dingen. Vooral de jassen zijn prachtig. En heel erg duur. Als ik echt iets van tweed zou willen is het trouwens vooral de vintage stoel uit onze Airbnb die bekleed is met een prachtige zachtgroene visgraat.
We houden het hier bij een koelkastmagneet met een stukje tweed en een houten hertje. En een mooi kettinkje voor mij dat niks met tweed of Harris te maken heeft, maar wel echt mijn naam roept. Het is zilver met een turquoise golf.
Dan is het tijd voor echt wat turquoise golven. We gaan op pad naar het strand. We hopen tenminste dat de golven nog wat turquoise zijn, want het is bij vlagen wel erg bewolkt en regenachtig. Maar niks aan de hand, de stranden en de zee liggen er prachtig bij. We bezoeken Luskentyre beach en Seilebost beach. Wat. Een. Plekken.
We waaien uit onze jas en ik vrees een beetje voor de camera met het rondwaaiende zand soms, maar wat is dit heerlijk. Sommige dappere mensen liggen nog in het water, wij houden het bij uitzichtpunten en een kort wandelingetje.
Na deze stranden is het tijd voor lunch. Ik had hiervoor de honesty shed Croft36 op het oog, maar we zijn heel laat en helaas is bijna alles op. We kopen wel nog butteries (een soort croissantje meets broodje) en een frangipane tart. Heerlijk, maar niet echt lunch.
Ik herinner me ineens dat hier ook nog de Isle of Harris brewery is en dat je daar ook wat kunt eten. We delen hier de lekkerste fish and chips die we tot nu toe in Schotland hebben gegeten. Hele dikke verse frieten en de korst van de vis is fenomenaal goed. Wel heel blij dat we delen, de porties zijn gigantisch.
Op weg naar de brewery scoren we wel nog mosterd bij Hebridean Mustard, opnieuw een honesty box. Omdat we niet genoeg cash hebben, moeten we even aanbellen om met kaart te kunnen betalen. Een alleraardigste mevrouw komt ons helpen. We horen al snel aan haar accent dat zij geen Schotse is, maar een Duitse. Hoe kom je vanuit Duitsland híer nou terecht? Met twee potjes mosterd (knoflook en liquorice/stout) gaan we verder op pad.
We rijden een stukje door richting Rodel. Het landschap van Harris is soms echt buitenaards. In Rodel bezoeken we St. Clements Church. Gebouwd in de 16e eeuw is dit de begraafplaats van de MacLeod clan. En die MacLeods, daar hadden én hebben ze er nogal wat van hier!
De kerk is heel bijzonder. Er zijn diverse middeleeuwse tombes en grafstenen te vinden. De tombe van Alistair MacLeod (overleden in 1547) staat in een boogvormige nis vol symbolische gravures. Hij liet deze tombe zelf bouwen in 1528. Ook zijn zoon William, het 9e opperhoofd van de clan, heeft een tombe in de kerk.
Van wie de derde tombe is, is niet met zekerheid te zeggen. Mogelijk is deze van John MacLeod van Minginish, het 10e opperhoofd. Op de begraafplaats rondom de kerk vinden we ook nog tientallen andere MacLeod grafstenen.
Het is ondertussen echt al laat en heeeel winderig. Maar we willen het rondje afmaken en de golden road nog rijden, die zo heet omdat het zo vreselijk duur was hem aan te leggen. Het is flink sturen, maar de beloning is ook golden. Wat een fantastische rit! Wat een landschap! En als kers op de taart fotografeer ik een waanzinnig tof schaap (als fotograaf word je soms blij van hele rare dingen).
Ooh Schotland, je hebt echt mijn hart.
We zijn pas tegen achten weer thuis, maar wat een fantastisch mooie dag was dit weer. Helaas kan er niet gehottubt worden, want je waait niet alleen uit je hemd, maar ook uit je badpak. Denk dat het water ook weggewaaid zou zijn.
Morgen weer een dag. Dan doen we niks.