Ons plan is om vroeg naar Cádiz te gaan omdat de temperaturen al een paar dagen weer opgelopen zijn tot tegen de 30 graden. En aangezien wij niet zo hittebestendig zijn, is dan in de ochtend dingen ondernemen toch net even wat fijner. Maar dit plan mislukt grandioos, want we zijn veel te lui. Nou ja, tis vakantie. En Cádiz ligt aan zee, dus het is daar sowieso een paar graden koeler.
Het is rond elven eer we vertrekken. Gewoon lekker over de snelweg, even zonder bochtjes. Wel een beetje saai, hoewel we op de terugweg nog wel flamingo’s spotten vlakbij de snelweg!
Cádiz is de oudste havenstad van Europa en ligt op een schiereiland. Men zegt dat het op Havana in Cuba lijkt en Cádiz wordt dan ook soms als filmset gebruikt voor scenes die zich eigenlijk in Cuba zouden afspelen. De bekendste is de James Bond “Die Another Day”, waar Halle Berry gewoon uit een Spaanse zee komt wandelen in plaats van een Cubaanse.
Ergens had ik verwacht over een spectaculaire brug het oude centrum binnen te rijden, maar we blijken gewoon door een langwerpige stuk moderne stad te komen. Cádiz is veel groter dan we dachten. Wel staat er om de oude stad nog een muur, hoewel het sowieso niet te missen is als je eenmaal het oude stuk van Cádiz bereikt hebt.
Wij parkeren in een ondergrondse parkeergarage bij Parque Genovés, een prachtig aangelegd park. Of eigenlijk zelfs een botanische tuin. In tegenstelling tot veel van de andere garages is deze vrij ruim opgezet met normale bochtjes. En groot! Zo groot dat ze zelfs secties moeten aangeven zodat je je auto nog terug kunt vinden. Waar ze dat normaal vaak met dieren of kleuren doen, hebben ze hier gekozen voor kleuren in combinatie met…geluiden? Wij staan bij rood-Triing! Maar je kunt ook bij toc!, zzzzzzz…., brrr…, muuuuu!, argh!, clac!, halo?, miau of pang! staan. En nog wel meer. We willen er haast de hele garage voor doorrijden om ze allemaal te vinden haha.
Doen we toch maar niet, want we gingen naar Cádiz, niet naar een parkeergarage. We gaan dus weer eens lekker slenteren! Cádiz heeft een rijke historie, waar veel van terug te vinden is in de stad. We vinden dan ook vele bordjes op gebouwen met uitleg in het Spaans en Engels. Erg leuk. Pas veel later ontdekken we dat deze bordjes onderdeel zijn van wandelingen, waarbij je de gekleurde strepen op de straat moet volgen. Jammer dat we dit niet wisten, want zo’n wandeling was echt wel leuk geweest.
We lunchen op Plaza de Candelaria, een prachtig pleintje vol bomen, op het kleine terras van La Candela. Ergens heb ik dit restaurantje opgeslagen en hoewel reserveren aanbevolen wordt, kun je als je direct bij openingstijd komt opdraven dus ook nog wel terecht. La Candela lijkt op de eerste blik nogal aan de prijs (tapas voor een tientje), maar de ober geeft aan dat we met de burrata en de Aziatische bento (samen 30 euro) echt wel genoeg hebben voor de lunch.
Burrata? Aziatische bento? Dat klinkt niet Spaans. Nope. Totaal niet. En eigenlijk ben ik geen fan van keukens die niet weten wat ze zijn, maar de recensies hier zijn lovend. En terecht, zo blijkt als wij ons eten op hebben, want het is ge-wel-dig. En uiteindelijk rekenen we dus maar 38 euro af, voor onze lunch + ieder twee colaatjes.
En superhandig, al het ijs van de cola kan mooi in onze dopper, want het water gaat hard! Stiekem is het toch wel erg warm, ondanks dat het hier “maar” 24 graden is volgens Google. Gelukkig is er in de smalle straatjes veel schaduw.
We bekijken in Cádiz de kathedraal (alleen van buiten, de entree is 7,50 en mooier dan Sienna wordt het toch nooit meer), het oude Romeinse amfitheater en natuurlijk de beroemde boulevard die op Havana zou lijken (vinden wij niet). Ook de Mercado Central brengen we een bezoekje. Geweldige plek, vooral de hal met alle visverkopers. In tegenstelling tot de opgehipte markten die we tot nu toe veel zagen is dit nog echt een markt voor boodschappen, met aan de zijkant hier en daar wat restaurantjes voor een bier met tapa. Jammer dat we nog geen honger hebben als we daar zijn.
Maar waar veel mensen halsoverkop verliefd worden op Cádiz, worden wij het niet. Het is mooi en de historie overal is voelbaar en prachtig. Maar het is zo…vies. Eigenlijk stinkt het vrijwel overal. Naar pies van mens en dier in alle smalle steegjes (er ligt ook echt OVERAL hondenplas) en naar rotte vis als je dichterbij de zee bent. We vinden het leuk om gezien te hebben, maar rond een uur of vier zijn we er ook wel klaar mee. Niet onze favoriet. Ik zie het ook als ik het geheugenkaartje van mijn camera leeg, er staan maar weinig foto’s op.
We doen in Cádiz nog wat boodschappen voor het avondeten en rijden dan weer terug naar ons huisje. Remco is mijn frustratie zat en heeft voor 4 euro een mes gehaald bij de Carrefour. So much better! Niet dat ik nu allerlei culinaire hoogstandjes kook, dat komt thuis wel weer, maar de uien en paprika zien er tenminste enigszins gelijkmatig gesneden uit.
De avond is weer erg wild met Netflix voor Remco en blogs & foto’s voor mij.