Dag 17: Fort William – Oban – Isle of Mull (10/10/21)
Het is best wel weer jammer te moeten vertrekken vandaag, fijn appartement is dit! Hoewel we wel een beetje het uitzicht missen. We kijken hier op een tuintje, een haag en daarachter ligt een grote weg. Voelt niet zo heel Schotlandig dus.
We ontbijten weer lekker met eitjes van Remco, douchen nog één keer met de heerlijke grote fluffy handdoeken en ik vouw een enorme berg sokken en onderbroeken op die we hier eindelijk konden wassen.
Daarna begint de hele riedel van het inpakken van de auto weer en gaan we op pad. Eerst naar Oban waar we even wat willen rondlopen en lunchen. Daarna gaan we de Tesco plunderen voor genoeg proviand voor een paar dagen. Mull heeft niet zo heel veel winkels.
Oban is ruim een uur rijden. Helaas weer grotendeels over een weg omzoomd door bomen, waardoor we van de omgeving niet zo heel veel zien. Op een half uurtje van Oban krijgen we opnieuw de melding op ons dashboard dat we de banden moeten oppompen en initialiseren. Nee he… Remco maakte nota bene vanmorgen nog een grapje over op tijd weggaan, lekke banden en de boot missen. We stoppen op een parkeerplaats, maar zien gelukkig niks. Ook bij luisteren bij de banden lijkt er nergens lucht uit te lopen. Gewoon te lage bandenspanning dan? Bij een benzinepomp gooien we wat lucht in de bandjes. Ze waren inderdaad wat laag op spanning en na het bijvullen verschijnt de melding niet meer. Pfew!
Eenmaal aangekomen in Oban is het eerste wat we doen opzoeken of ze ergens een koffietentje hebben. Dat blijkt gelukkig het geval! Vijf minuten later wordt dit tentje ons ook getipt door Jeltje, maar dan zitten we er al 🙂
Na de broodnodige fatsoenlijke koffie slenteren we wat door Oban. Leuk hier! Het is zondag dus veel winkels zijn wel dicht, maar het is echt een leuk plaatsje.
We lunchen bij een visrestaurant wat hoog aangeschreven stond en me meermaals is getipt, maar ons eigenlijk behoorlijk tegenvalt. We zijn denk ik ook verwend geraakt met al die héle goede vis die we gegeten hebben!
In de Tesco superstore doen we inkopen voor vier avonden simpele maaltijden, wat dingen voor ontbijt en wat alcoholische versnaperingen. En chips. Ook. Het is een beetje een uitdaging om de boodschappentassen in de auto te krijgen, die is met de bagage niet meer zo berekend op een boel boodschappen.
We zijn aan de vroege kant voor de ferry, maar tijd voor iets anders is er ook niet meer, dus sluiten we gewoon vast aan in de rij. Zijn we er straks ook weer lekker snel uit. Het is maar zo’n 45 minuten varen naar Mull en het is een prachtige vaart. Ik baal dat ik mijn grote camera in de auto heb gelaten, het licht onderweg is fenomenaal en we varen langs allerlei eilandjes.
Op Mull gearriveerd mogen we snel de boot verlaten en gaan we op pad naar ons huisje. Het is nog ongeveer een uur rijden. En wat is het hier mooi! Ik word er onderweg alweer helemaal blij van. En eenmaal aangekomen bij ons huisje blijven we blij. Wat een prachtig plekje!
Er is een groot raam, met geweldig uitzicht en het is comfortabel en warm. Wel tekenend voor de omgeving is het feit dat er overal in het huis zaklantaarns liggen. Stroom is hier blijkbaar niet gegarandeerd. Internet trouwens ook niet, want er is 0 mobiel internetbereik (gewoon, niet bestaand) en hele langzame wifi. Verplicht een paar dagen éxtra onthaasten en afkicken dus. Niks mis mee.
We staan net een maaltijd in elkaar te flansen als de telefoon gaat. Niet onze mobiele telefoons, maar de váste telefoon in het huisje. Aan een draadje. We kijken elkaar echt even raar aan, maar het is de eigenaar die even komt checken of alles goed gaat. Wel lief.
Geen idee wat we morgen gaan doen. Uit het raam staren waarschijnlijk 🙂
Dag 18: Isle of Mull (11/10/21)
Remco bakt pannenkoeken voor het ontbijt en nadat we gepoedeld en opgepoetst zijn, besluiten we dat de hele dag voor het raam zitten misschien ook een beetje zonde is. We besluiten op pad te gaan naar de Whitetail Distillery, een kleine distilleerderij voor gin.
Internet is niet heel eenduidig over of ze nou wel of niet open zijn, dus we proberen het maar gewoon. Helaas zien we na een poosje rijden op de informatiebordjes briefjes geplakt dat ze dicht zijn. Er staat today, maar we vrezen dat dit voor de hele week geldt.
Plan B dus maar, we rijden de scenic route naar Salen op. En als we dan toch naar Salen rijden, dan ook gewoon door naar Tobermory, de grootste plaats op Mull.
De route is prachtig en Tobermory is een lief kleurrijk plaatsje aan een baai. Ik blijf die gekleurde huizen echt zó tof vinden. Het is er wel echt heel toeristisch en ik vraag me af hoe het is om te leven op een eiland waar in de grootste plaats de meeste winkels alleen ansichtkaarten en sleutelhangers verkopen.
Helaas is er veel dicht, waardoor er voor de lunch niet heel veel keuze is. We eindigen bij een visrestaurantje, wat met name voor Remco wat tegenvalt. Zijn zeebaars is te ver door en hij vindt de sfeer in het restaurant niet prettig. Mijn zeeduivel is wel echt heel lekker, hoewel de doorgekookte boerenkool en boontjes wel weg hadden mogen blijven.
Bij de Coop doen we nog wat kleine boodschappen en dan wandelen we richting Tobermory Distillery, een distilleerderij die zowel whisky als gin maakt. Er zijn momenteel geen tours mogelijk, maar wij willen toch vooral even in de shop kijken. Die blijkt erg klein, met de flessen allemaal achter de toonbank. Even lekker browsen is er niet bij en er zijn geen hele speciale flessen te krijgen. We kopen daarom alleen wat miniflesjes, omdat het toch leuk is om whisky te kopen op de plek waar hij daadwerkelijk gemaakt is.
Hierna vangen de we de anderhalf uur durende terugreis weer aan. Onderweg speuren we de kustlijn af naar otters en zeehonden, want die zouden hier veelvuldig te zien moeten zijn. Otters zien we nergens, maar op een gegeven moment spot ik wel een hele hoop zeehonden! Ze liggen allemaal te slapen op een klein eilandje en lijken van veraf een hele hoop stenen. We staan er in de stromende regen een poosje naar te kijken, hoewel ze niet heel veel doen. Helemaal blij stappen we in de auto. Toch nog íets gespot hier!
Eenmaal in ons huisje slingeren we de oven aan voor nacho’s en de wasmachine voor schone kleren. Het is een wasdroogcombi, dus lekker handig, denken we. In Hull had ik er ook zo eentje en dat was wel echt ideaal. Helaas staat deze wasmachine uren later, nadat we hebben geborreld, hebben gegeten en The Antique Roadshow hebben gekeken nog steeds in onze oren te loeien.
Als we (vroeg) naar bed willen gaan, staat hij nog stééds aan. Remco zet hem maar uit en haalt de was eruit. Die is echt kokendheet en nog steeds niet helemaal droog. En het ruikt ook niet lekker. Balen.
Gelukkig hebben we met dit wasje wel voldoende schone kleren voor de rest van de vakantie, dus de rest gaat dan toch maar gewoon vuil mee naar Nederland en daar in onze eigen wasmachine.
Dag 19: Isle of Mull (12/10/21)
Vandaag is de dag waarvoor we o.a. naar Schotland zijn gekomen, we gaan een tochtje maken naar Staffa, een onbewoond eiland bekend om zijn basaltgrotten. De grootste hiervan is Fingal’s Cave en die kun je bezoeken. In de legende van de Giant’s Causeway bouwt Finn een geplaveide weg van Ierland naar Schotland.
De Giant’s Causeway in Ierland bezochten we in 2016 en nu bezoeken we dus het andere einde. Die weg heeft natuurlijk nooit bestaan, maar we vonden het wel een heel bijzonder gegeven om beide kanten te bekijken. Plus dat we de Giant’s Causeway in Ierland wel echt één van de bijzonderste plekken vonden.
We maken de tocht vandaag met Staffa Tours en om 9.45 stappen we in Fionnphort in de boot. We hebben geluk met het weer, bewolkt maar droog en soms zelfs wat zon. Onze backupdagen voor dit tochtje gaan we niet nodig hebben en het weer ziet er goed genoeg uit om straks op Staffa ook daadwerkelijk aan land te mogen.
We varen in een half uurtje naar Staffa en het is heerlijk. De zee is niet te wild, het bootje redelijk stabiel en de crew meer dan vriendelijk. Het is wel drukker dan verwacht op de boot, hij zit vrijwel vol! Eenmaal aangekomen bij Staffa varen we er eerst een stukje omheen, krijgen uitleg over hoe we de grot kunnen bereiken en mogen dan uitstappen. We krijgen een uur de tijd om Staffa te bekijken.
Wij wandelen eerst omhoog om bij de zeehonden te kijken. Waar we gisteren in de stromende regen stonden te kijken naar een paar slapende keien, hebben we nu zwemmende zeehonden die af en toe spelen/vechten en twee kleine baby’s op het land. Zo leuk! Ik kan uren blijven kijken, ook al gebeurt er helemaal niet zo heel veel. Die koppies die boven het water uitsteken! En ook één van de baby’s wordt op een gegeven moment nog wakker en laat zijn mooie koppie zien. Te cute!
Normaal zitten op Staffa ook heel veel papegaaiduikers, maar die zijn inmiddels al naar warmere oorden vertrokken. Wisten we van tevoren overigens hoor, dat is het nadeel van in de herfst komen.
Na een poosje moeten we de zeehonden toch echt verlaten en naar Fingal’s Cave. Wat ik hoopte komt uit, vrijwel iedereen is daar al weg en we hebben de grot voor onszelf. Tenminste, dat gaan we hebben, want we moeten er nog wel ‘even’ heen klauteren. Je loopt er over de basaltkolommen heen, met slechts een klein leuninkje om je aan vast te houden. Soms is het randje best smal en ik vind het maar spannend. Ik ben zo onhandig en als de dood om uit te glijden. Gelukkig is er op veel plekken wel iets van asfalt gesmeerd zodat het minder glad is.
Het is wel enorm indrukwekkend. Blijft bizar dat de natuur dit gevormd heeft! Prachtig mooi! Je voelt je ook wel echt klein en nietig. We hebben Fingal’s Cave inderdaad even voor onszelf. Wauw. Wat een plek! Echt heel bijzonder.
De terugweg over de basaltkolommen is al iets minder spannend, maar vermoeiend vind ik het wel. En de zon is ondertussen lekker gaan schijnen dus ik zweet me rot in mijn “kleed je warm aan want op de boot is het koud”-outfit.
Slechts drie minuten voor de vertrektijd stappen we weer op de boot. Timing. We zijn niet eens de laatste trouwens.
We beginnen aan de terugtocht waarbij het frisse windje nu echt heerlijk is. Met de zon erbij voelt alles anders.
Op een gegeven moment stopt de boot en wordt er omgeroepen dat er een walvis te zien is! Ik zie hem inderdaad twee keer boven komen, wauw! Helaas is het niet gelukt er een foto van te maken, maar dit vergeet ik nooit meer.
Als ik vlak erna even met één van de bemanningsleden praat, roept Remco ineens uit dat hij een dolfijn ziet. En ja hoor, om ons heen springen op diverse plaatsen dolfijnen uit het water! Ze zwemmen met ons mee en spelen in de golven van de boot. Fantastisch dit, vooral omdat dit gewoon vanzelf gebeurt en niet werd opgezocht. Ik ben geen fan van boten die achter dolfijnen aanjagen.
Ik word er een beetje emotioneel van haast, wat een topdag zo! Van de dolfijnen lukt een foto ook niet echt (ik heb alleen één vinnetje), maar ik heb wel een wiebelig filmpje waarop je drie keer een dolfijn ziet springen.
Na even naar de dolfijnen gekeken te hebben, moeten we wel weer verder. Er is iets mis met de pier bij het eiland Iona waar we eigenlijk hierna heen wilden. We zullen daar dus nu niet aanleggen. We kunnen wel vanaf Fionnphort zelf met de ferry naar de overkant, maar we zien uit de boot dat het regent op Iona en besluiten dat we gewoon lekker in ons huisje gaan lunchen en dan kijken wat we eventueel nog gaan doen.
Er is nog een restje Mexicaans van gisteren en we maken daarmee lekker nacho’s met kaas, guacamole en zure room. Die eten we op, lekker voor ons grote raam, want er ligt een zeehond yoga te doen vlakbij! Echt hoor, doen we er zoveel moeite voor eerder, kunnen we nu gewoon droog binnen zitten en naar de zeehond kijken. Er komt op een gegeven moment zelfs nog een tweede bij.
Het mooie weer is voor de rest van de dag een beetje opgebruikt, dus blijven we lekker binnen met een boekje. Met dit uitzicht hoef je ook helemaal niet per se op pad!
Dag 20: Isle of Mull (13/10/21)
Het ziet er zonnig uit vandaag en dus besluiten we na een héle rustige ochtend uit het raam kijken (vandaag hebben we drie zeehonden die yoga doen) naar een strandje in de buurt te gaan om te gaan wandelen.
We stellen Google in op het strand en rijden die kant op. Op een gegeven moment slaan we af en vlak erna verandert de weg in een puntige stenige weg vol gaten. Ehm, is dit wel goed? We zoomen in op de kaart en zien verder geen andere wegen. Remco stapt uit om een een bordje lezen wat bij het begin van de weg hangt.
The Scoor Road
When drivers venture on this road
Take some time, consider your load
A packed up car and family too
Or tons of food for hungry coos
Down on axles, an inch to spare
You’ll need to drive with plenty care
Drive too fast, you’ll not be the first
To come to an halt, your tyres all burst
So enjoy the drive and look around
Where eagles, hare and deer about
Thank you for driving slowly
De goede weg is het dus wel. Maar dit bordje wekt niet heel veel vertrouwen, ondanks dat onze auto niet heel vol zit. Remco heeft nog een beetje een trauma van de afgelopen lekke band en het opnieuw brandende lampje en durft de weg vanwege de grote gaten niet aan.
Change of plans dus. In plaats van naar het strand rijden we naar Lochbuie, waar het heel mooi schijnt te zijn én waar een leuke tearoom zit. Het is ongeveer 45 minuten rijden. Het weer doet ondertussen Jantje lacht, Jantje huilt. Het trekt soms in no time helemaal dicht om dan te gaan regenen en vervolgens weer helemaal open te trekken.
Onderweg gebeurt dit ook een aantal maal, ook wanneer we vlakbij Lochbuie zijn aanbeland. En daar krijgen we de allermooiste regenboog ooit cadeau. Of eigenlijk twee regenbogen, want hij is dubbel. En helemaal compleet en héél fel! Wow! Hij blijft geruime tijd staan, dus we kunnen hem zelfs van meerdere plekken bekijken. Langs de kant van de weg en even verderop bij een weilandje. Bij de weg zijn we er echt vlakbij, maar helaas zien we geen pot met goud bij één van de uiteinden staan. Jammer wel!
We lopen een klein stukje langs het water en duiken dan de tearoom in. We mogen nog nét wat van de lunchkaart bestellen. Of eigenlijk, van het lunchkrijtbord. We nemen allebei een chili met wild die echt heerlijk smaakt. Vers brood erbij om te soppen, genieten.
De tearoom zelf is zo kneuterig als wat. Niet zozeer qua inrichting, want die is redelijk strak en modern, maar door hoe het er aan toe gaat. Een echtpaar met liefde voor eten, maar met vermoedelijk niet veel horeca ervaring die daar kommetjes soep en chili verkoopt. En goede koffie en overheerlijke taarten, dat ook! Het voelt een beetje alsof we bij ze op visite zijn.
We scoren nog wat extra drinken en een pak lokale worstjes bij ze. Er is hier in het dorp alleen een héééél klein Sparretje en die heeft niet zoveel te bieden. We dachten dat we misschien nog een keer uit eten zouden gaan in Tobermory, maar zien dat niet gebeuren. Nu kunnen we met de worstjes en restjes groenten nog een extra maaltijd in elkaar draaien. De worstjes blijken heerlijk!
We zijn pas laat in de middag weer terug en gaan weer voor hetzelfde ritueel: bankje, boekje, een beetje uit het raam staren tot het donker is en weer op tijd naar bed. Dat vroege naar bed is hier trouwens niet zozeer meer omdat we moe zijn, maar omdat de bank stiekem niet zo heel lekker zit…
Dag 21: Isle of Mull
De storm giert om ons huisje en het regent pijpestelen. Vandaag doen we helemaal niks! Ik lees een boek uit, Remco kijkt een film. Ik rooster ondertussen pompoen en pof een bol knoflook voor het avondeten, zet met veel geduld een blogje online, edit mijn foto’s (met nog veel meer geduld) en we ruimen alvast het een en ander op.
Morgen om 10:00 uur stappen we weer op de boot naar Oban. Vandaaruit rijden we via Loch Lomond & The Trossachs naar Glasgow. Ook weer een rit door een prachtig gebied denk ik, waar we nu echt veel te weinig van gaan zien. Maar zo blijft er nog heel wat over voor een volgende keer!
In Glasgow hebben we om 18:00 uur afgesproken met Jeltje om samen te gaan eten. Jeltje ken ik vanuit Den Haag, van de theatertweetups. Sinds 2015 woont zij in Schotland en we wilden elkaar hier natuurlijk graag ontmoeten! Ze woont in de buurt van Oban maar vliegt zelf zaterdag naar Nederland, dus zien we elkaar nu in Glasgow. Wel zo handig als we daar allebei tegelijk zijn. Ik heb er erg veel zin in!