Dag 12 & 13: Lochinver – Poolewe

Dag 12: Lochinver (05/10/21)

Het was een wilde nacht in Ardmore House B&B. Niet omdat we een feestje hebben gebouwd samen, maar omdat een mannetjeshert vannacht besloot dat het grasveld voor de B&B de perfecte plek was om zijn serenade aan de vrouwtjesherten te brengen. Hij heeft dus heerlijk de hele nacht keihard voor de deur staan burlen. Best bijzonder om mee te maken, maar niet per se heel goed voor je nachtrust. We hebben hem niet gezien overigens, want je ziet hier ‘s nachts écht geen hand voor ogen. 

Gelukkig wacht er na de onrustige nacht een heerlijke warme regendouche, een meer dan fantastisch ontbijt én een rustdag. Dat ontbijt is wel echt top hoor! Gastvrouw Jo maakt er behoorlijk wat werk van. Vers fruit, huisgemaakte granola, boerenyoghurt en zelfgemaakte compote. Gevolgd door een warm gerecht naar keuze. Remco heeft bacon, tomaat, champignons en eieren en ik zalm met eieren. Het brood is ook zelfgebakken en zó lekker! En zelfs de koffie is lekker! Jo is écht in haar element als gastvrouw van een B&B en zulke mensen zijn goud waard. Heerlijke plek weer. 

Hoewel het weerbericht voor vandaag juist een volledig droge dag beloofd heeft, begint het te regenen na het ontbijt. Ik ga daarom eerst het blog online zetten (duurt 100 jaar, internet is hier niet heel snel) en rond een uur of 11 gaan we een poosje op pad. Eerst even tanken in het dorp en zorgen voor wat proviand bij “Lochinver Larder” waar we twee van hun beroemde pie’s kopen. Niet verhongeren vandaag! 

We rijden naar de ‘Wailing Widow Waterfall’, maar daar aangekomen staat het parkeerplaatsje vol met campervans en auto’s. Wij passen er niet meer bij. Het begint ook keihard te plenzen, dus we rijden maar even door. We stoppen op een parkeerplaats voor de Quinag, een bergrug hier in de omgeving. We zien daar een mooi aangelegd wandelpad naar boven voeren en besluiten dat een poosje te volgen. NIet echt de berg op natuurlijk, daar zijn wij helemaal niet op voorbereid of op getraind. Het is aan aangenaam wandelingetje met prachtig uitzicht. 

Als we weer terug beneden zijn, proberen we de waterval nogmaals. Het is nu droog, maar het parkeerplaatsje is nog steeds vol. Op naar Ardvreck Castle, een ruïne van een kasteeltje op een klein schiereiland. Er is niet heel veel van over, maar de ligging is prachtig.  

Onze volgende stop is Stoer, maar voor we daarheen gaan maken we eerst een toiletstop in de B&B. Er lopen hier niet zo heel veel wegen, dus we komen steeds langs ‘huis’. Wel handig, beter dan public toilets (hoewel ik nog steeds onder de indruk ben van hoe schoon die hier zijn!). 

Hierna rijden we door naar Stoer om daar de kust en het lighthouse te bekijken. Maar de korte nacht breekt een beetje op en mijn knie ligt wat dwars, dus de motivatie om naar boven te lopen is eigenlijk niet zo groot. We turen wat over de zee heen vanuit de auto, smullend van de pie die we vanmorgen kochten. We stappen even uit, waaien uit ons hemd en besluiten dat we die vuurtoren van beneden ook wel kunnen zien. Luilakken. 

We rijden lekker terug naar de B&B en duiken daar in een boekje bij het haardvuur. Morgen weer een dag! Hoewel we er nog wel even uit moeten, want er moet nog meer gegeten worden. We hebben een reservering bij Peet’s Restaurant, het meest populaire (en ongeveer het enige) restaurant in Lochinver. Ook het meest ongezellige restaurant trouwens. Het is een kruising tussen een ontbijtzaal van een hotel en de ontspanningsruimte van een bejaardentehuis. Maar het personeel is vriendelijk en attent en het eten meer dan prima. Vooral de sticky toffee pudding met warme custard die we delen als nagerecht is geniaal lekker! 

We hadden een vroege reservering, half zes was de enige optie toen ik een week (!) geleden boekte, dus om 19.00 zijn we alweer terug. We duiken lekker met wat drinken weer in de gemeenschappelijke lounge met het haardvuur flink opgestookt. De bewoners van de andere kamer komen daar ook zitten en in plaats van een boek te lezen, kletsen we eigenlijk de hele avond met hen. Gezellig wel! 

Hopelijk houdt het hert zich vannacht rustig en slapen we wat beter. Morgen rijden we weer een stukje verder, naar Poolewe. Het is niet ver, maar zo’n 2 uur rijden, dus we kunnen weer heerlijk rustig aan doen en uitgebreid stoppen en wandelen. 

Dag 13: Lochinver – Poolewe (06/10/21)

De herten houden zich vannacht iets rustiger, maar heel erg lekker slapen we helaas nog steeds niet. De lucht in onze kamer is erg droog en het bed wat aan de smalle kant. Gelukkig staat er ook vandaag weer zo’n heerlijk ontbijt van ‘Oma Jo’ voor ons klaar, zoals we haar inmiddels gedoopt hebben. Wat een lief mens, echt!

Na het ontbijt klets ik nog heel even met onze medegasten en dan is het weer tijd om te vertrekken. Spullen pakken, koffer naar beneden slepen, afscheid van Jo en off we go. Van Lochinver naar Poolewe is ongeveer 2 uur rijden. Omdat we dus meer dan voldoende tijd hebben (het is nog geen 10 uur als we vertrekken), doen we en detour over het Coigach Peninsula naar het dorpje Achiltibuie. We stellen de route in op Google Maps en hebben niet door dat die een héle andere weg kiest dan de NC500 route + wat extra. Hierdoor missen we wat van de stops die we eigenlijk op ons programma hadden staan, maar daartegenover staat wel dat de route echt weer geniaal mooi is. Deze weg hadden we niet willen missen!

Tegen de tijd dat we bij Achiltibuie aankomen, is er weer eens een plaspauze noodzakelijk. Gelukkig staat ook hier weer een openbaar toilet voor ons klaar. Schoon, met meer dan voldoende toiletpapier, zeep en papieren handdoekjes. En een slot wat ook weer gewoon open gaat. Het damestoilet is bezet, dus ik moet even wachten tot ik terecht kan. Als ik op het toilet ben, hoor ik van buiten een hoop bulderend lachen. En de stem van Remco.

Wanneer ik klaar ben, zie ik Remco buiten staan met een eh.. nogal bijzondere man. Druk pratend, gebarend en zwaaiend met een kop thee (whisky?) praat deze Schot honderduit tegen ons. In no time weten we dat hij 52 jaar samen is met zijn vrouw, dat ze nogal kan zeuren, dat hij nu lekker alleen op vakantie is, dat hij brandweerman was, dat hij 500 km per maand fietst, dat hij zijn brandweermantrauma’s overkwam door whisky, dat hij van lekker eten houdt. Enzovoort enzovoort.

Ook vertelt hij over Robert Burns, de meest bekende Schotse dichter. De man blijkt volledige gedichten van Burns uit zijn hoofd te kennen en te kunnen voordragen. Wat natuurlijk geshowd moet worden. We verstaan er compleet helemaal niks van, maar het is wel een eh, bijzondere ervaring. Hij droeg ons overigens het gedicht “To a Mouse” voor.

Het kost ons wel wat moeite om van de goede man af te komen, want hoe grappig het ook is, we willen wel weer een keer verder. We moeten nog een gedicht bekijken online, hij wil nog met Remco op de foto (want zo groot), er moet nog een verhaal verteld worden en dan kunnen we eindelijk gaan. Een poeziëlesje rijker en waarschijnlijk hebben we zijn dag gemaakt.

De weg over het schiereiland loopt uiteindelijk dood, dus we zijn benieuwd of hij bij terugkeer nog steeds bij de toiletten argeloze toeristen op zijn poëzie trakteert, maar hij blijkt toch ook verder gegaan te zijn.

Wij rijden een stukje terug om ons weer op de officiële NC500 route te voegen, op weg naar Ullapool. We merken dat we weer in de iets bewoondere wereld komen, want het is weer even over met de one track roads.  Best fijn om weer even op een normale tweebaansweg te rijden, maar het is wel meteen veel saaier. Er staan vaak hoge bomen langs de weg en van mooi uitzicht is nog maar weinig sprake.

Ullapool is de grootste plaats in de wijde omgeving, maar dat zegt niet zo heel veel. Het is nog steeds een vrij bescheiden stadje. Er is een soort hoofdstraat langs het water, met winkeltjes (vrijwel allemaal gesloten voor de lunch of voor de hele middag) en wat cafeetjes. EN ze hebben er de Sea food Shack. Dat is voor mij eigenlijk DE hoofdreden om te stoppen in Ullapool, maar voor we erheen gaan, wandelen we eerst nog wel een stukje over de kade. Best jammer dat alle winkeltjes dicht zijn, hoewel we niks nodig hebben.

We gaan dus onze magen maar vullen! Het is flink druk bij de Sea Food Shack en we zien de wraps met haddock af en aan gebakken worden. Ook Remco bestelt zo’n wrap, ik ga voor de hot crab claws. Dat de Sea Food Shack zo goed bekend staat is absoluut terecht, zo is onze conclusie na het oppeuzelen van dit eten. Heerlijk! En mijn krabbenpoten zijn echt énorm! Echt duur is het ook allemaal niet en het geheel heeft een heel gezellig mini foodfestival sfeertje. Leuk!

Vanaf Ullapool is het nog een uurtje rijden naar onze nieuwe B&B. Helaas voert een groot deel van de route ons verder over de ietwat saaie wegen. We maken wel nog een stop bij corrieshalloch gorge, waar je vanaf een Victoriaanse suspensionbrug en een viewpoint de kloof en de Falls of Measach kunt bekijken. Het is een fijne wandeling door een naaldbos (ruikt zo lekker!) en het uitzicht is fantastisch. Maar OEF, die brug is eng!!! Het is dus een hangbrug en dat betekent dat hij wiebelt. En de kloof is echt serieus diep! Brrrr! Wel de moeite waard overigens, net als het bezoeken van het uitkijkplatform. Ook eng, gelukkig wel stabiel, maar met zo’n vloer van alleen maar metalen roosters.

De fijne wandeling is op de terugweg wel minder fijn trouwens. Zo gemeen om je eerst alleen maar bergaf te laten wandelen!

Naarmate we wat vorderen op de route, wordt deze gelukkig ook weer mooier. Ook hier is de omgeving nog steeds echt prachtig. Wat een land!

Rond half vijf arriveren we weer bij ons logeeradres. Onze nieuwe B&B is wat groter dan de vorige en heeft hierdoor ook iets meer een hotelvibe. We hebben er wel een heerlijk ruime kamer en volgens onze eerste indruk een fantastisch lekker bed! We hebben er in ieder geval heerlijk even kunnen ontspannen voor we weer op pad moeten. Want, er moet alweer gegeten worden natuurlijk.

Ook hier is uit eten geen kwestie van het centrum inlopen en iets leuks uitzoeken. Of op Google Maps een keuze maken uit het aanbod wat je het meest aanspreekt. Poolewe heeft één restaurant. Het even verderop gelegen Gairloch (15 minuten rijden) heeft er vier of vijf. Ik heb gereserveerd bij The Old Inn, het enige restaurant waar je online een tafel kon reserveren (bellen vind ik gedoe). De reviews over deze Old Inn zijn nogal wisselend, dus we gaan met enige vrees ons avondmaal tegemoet. Mensen klagen over weggestopt worden in een rare ruimte, onbeleefd personeel, maaltijden die niet juist geserveerd worden.

Onze ervaring is gelukkig totaal anders. Het personeel is uiterst vriendelijk, onze maaltijd smaakt ons prima en de prijzen zijn ook acceptabel. Ikzelf heb een heerlijke pan mosselen en daar doe je mij een groot plezier mee, dus ik ben helemaal tevreden.  De sfeer in de zaak is ook prima, we zitten in het bargedeelte en het is er eigenlijk gewoon enorm gezellig! Lekker pubsfeertje.

Alweer een fijne dag achter de rug. Met alwéér veel zon! Benieuwd naar morgen, we gaan dan onder andere de beruchte Bealach Na Ba pas rijden, die prachtig schijnt te zijn, maar ook heel wat van je stuurmanskunsten vraagt.