Met nog ruim 4 maanden te gaan, zijn de twee grootste puzzels wel zo’n beetje rond: de route (volgt later) en onze overnachtingen. Hoewel voor veel mensen de charme van een roadtrip juist de flexibiliteit is kiezen wij ervoor om onze overnachtingen van tevoren vast te leggen. We vinden het een prettig idee om te weten wat precies het eindpunt van de dag is en dat dáár een bed voor ons klaarstaat. Vooraf boeken betekent ook dat het risico om te eindigen in een CSI-waardig motel met bedbugs en bloedvlekken vrij klein is. Daarnaast is het uitzoeken van leuke overnachtingsplekken soort van mijn hobby en daar besteed ik graag tijd aan. Tot slot weten we van tevoren precies waar we financieel aan toe zijn. Mochten we tóch ergens de route omgooien, dan kunnen we de meeste plekken tot kort van tevoren nog annuleren.
Helaas is er in de VS wat minder eer te behalen aan het vinden van bijzondere plekken. De smaak van de Amerikanen is toch héél anders dan de onze. Drukke geel-met-paarse statische spreien in bruine hotelkamers zijn bijvoorbeeld mateloos populair. En B&B’s zijn er – in tegenstelling tot bijvoorbeeld Ierland – luxe verblijfplaatsen en vallen bijna altijd buiten het budget. Dat budget bleek sowieso nog wel een dingetje. Accommodaties blijken in Zuid-West Amerika behóórlijk aan de prijs. En we maken deze reis toch wel een beetje met het idee “als we het doen, dan doen we het goed” en dus hebben we beiden de wens om hier en daar ín de National Parks te overnachten. Remco wil heel graag terug naar Furnace Creek Ranch, in Death Valley. Ik wil supergraag slapen The View Hotel, in Monument Valley.
Er groeit echter geen geldboom op ons balkon en ik had in eerste instantie de gemiddelde prijs voor een overnachting op €125,- geschat. Ter vergelijking (appels met peren, maar toch), in Ierland schatte ik het op €85,- en eindigden we uiteindelijk met een gemiddelde van €91,- omdat we verliefd werden op de cottage in Caherdaniel. Na de eerste rondjes Booking.com en het uitzoeken van de prijzen van de overnachtingen in de parken kwam ik voor onze USA-reis uit op een gemiddelde van ruim €150,-. Auw.
Maar, voor mij begint het dan pas leuk te worden: het grote puzzelen, Googlen, zoeken, omboeken, annuleren, opnieuw boeken en AirBNB uitpluizen om zo – zonder al te veel concessies te doen aan onze eisen en wensen – tóch rond ons gestelde budget te komen. Sommige hotels heb ik opnieuw geboekt nadat ik het bestaan ontdekte van Booking.com referrallinks (10% retour na je verblijf, de referrer ontvangt €15,- of €20,-). Inmiddels is de gemiddelde kamerprijs €124,56. Go me! 🙂 Dit kan wel nog wat fluctueren i.v.m koerswijzigingen. Op het moment staat de dollar lager dan toen ik veel overnachtingen boekte, dus zou de gemiddelde prijs zelfs nog wat lager uitkomen. Maar we betalen veel hotels pas ter plaatse, dus ik hou de hogere prijs gewoon voorlopig lekker aan.
Onze duurste overnachting is die in Death Valley. Maar liefst €255,- tellen we daar voor neer. Pijnlijk! Maar het schijnt wel een beleving te zijn, zo’n nachtje Death Valley en de andere twee hotels krijgen echt slechte reviews. Het helpt niet dat we daar op zaterdag zijn, maar ja, je moet érgens zijn in het weekend. Onze goedkoopste overnachting is ongeveer €35. Dat is de resortfee die we moeten betalen voor één van onze overnachtingen in Las Vegas. De overnachting zelf is gratis en heb ik bij elkaar gespaard door het spelen van het spel MyVegas op Facebook.
We slapen 3x ín een National Park. Bij de Grand Canyon, in Death Valley en in het door mij zo gewenste The View in Monument Valley. We hebben daar een cabin trouwens en dat ziet er zo uit:
Héél vervelend! <3
Bij Zion overnachten we niet in het park, maar in Springdale. Vlakbij. In Yosemite lukte een accommodatie in het park zelf ook niet, tenzij we kozen voor een tent á $140 per nacht. Oké voor dat geld heb je wel bedden, één stopcontact en je eigen bearbox om je spullen veilig in op te bergen. Mij leek het ergens nog wel iets, maar Remco zag het echt niet zitten. We hebben daarom gekozen voor een B&B in Mariposa. Dit is wel een stuk rijden, maar ach. Het is volgens mij wel echt een héle fijn plek. Tweemaal slapen we echt in een goedkoop overnachtingsmotel (maar wel met goede reviews). Eén keer hebben we een kamer bij mensen thuis via AirBNB. Verder hebben we een nogmaals een cabin, ook via AirBNB. In San Francisco hebben we een viersterrenhotel voor een koopje. Als ik dat hotel nu weer zoek is het bijna dubbel zo duur. In Portland hebben we een fantastische studio via AirBNB en in Seattle een hipster hotel.
Ik verwacht niet dat er nog veel zal veranderen, tenzij ik nog ergens tegen hele goede deals aanloop. Vroeg boeken wordt overigens wel beloond, in de parken is nu vrijwel niks meer te krijgen en het hotel in SF is niet het enige wat inmiddels veel duurder zou uitvallen. Mocht je ook een reis als dit overwegen: ja, dit kan goedkoper. Sowieso kun je gaan kamperen. Koop een koepeltentje, luchtbed, slaapzak en wat kookgerei bij de Walmart en you’re good to go. En je kunt natuurlijk ook prima een hele reis maken met goedkope motels. Wij weten echter dat we van beiden niet heel happy worden. En happy worden is wél de bedoeling van deze reis 😉