Tijd om ons geweldige huisje aan de Ring of Kerry te verlaten. Na weer een heerlijk ontbijtje, in gezelschap van de hond, kletsen we nog een tijdje met Amelia en pakken daarna toch echt de auto in. Nog éven de hond vermaken met een bal, nog een beetje kletsen (onder andere over de varkens die ze ooit hadden en hoe het was om je eigen varkens op te eten) en toen echt op pad.
Het plan was om het terug te rijden zoals we gekomen waren en dan via Killarney National Park en Killarney verder op pad te gaan. Vlakbij ons huisje bleek echter nog een oud fort te staan, wat we eerst zijn gaan bezoeken. Tip van Amelia die ons echt toffe plekjes wist te vertellen die niet of slechts klein in alle boekjes staan. Houden we van!
Overigens is dit wel een plek die wordt bezocht door toeristen, want het ligt wel aan de Ring of Kerry. Maar tis niet een van die plekken waar alle touringcars ook worden uitgeladen en je moet maar net de bordjes zien en volgen.
Staigue fort is een ringfort, gebouwd met een stenen uit de omgeving, zonder gebruik van cement of andere “plakmiddelen”. Dry-walling is een techniek die de oude Ieren bijzonder goed beheersten, wat je in dit fort ook echt heel goed kan zien. De stenen zijn zodanig op elkaar gestapeld dat er echt geen beweging in zit. De muren zijn zo’n 4 meter dik en (nog) 5,5 meter hoog en maken een cirkel van bijna 30 meter doorsnede. Hoe oud het fort precies is weet men niet, maar ze vermoeden dat het gebouwd is in de periode van de Kelten. Er is echter in het algemeen veel onduidelijk over de leeftijd en het gebruik van ringforten, dus het blijft bij gissen. Binnen in het fort zijn nog ingangen naar 2 kamers. Daarnaast vind je er om de zoveel meter een trapppetje in een X-vorm.
Staigue fort ligt op het land van een boer uit de omgeving. Bij het betreden van het land loop je door een hekje met daaraan een geldkistje, met het verzoek om per bezoeker 1 euro te betalen voor “land tresspassing”. Wanneer wij richting het fort rijden wordt ons door een Ier nog toegeroepen dat we vooral niet moeten betalen, want het is toch alleen maar voor Guinness 😀 We betalen overigens toch maar wel netjes, neem maar lekker een Guinness hoor!
Tijdens ons bezoek aan het fort trekt de lucht helemaal open en komt de zon tevoorschijn. Zulllen we toch de pas nog een keer gaan rijden? We besluiten het te doen en rijden terug uit de richting vanwaar we gekomen zijn.
Het stuk op de Ring of Kerry is een wereld van verschil met de dag ervoor en ook op en rond de pas is het weer ZOVEEL beter! We rijden de Ballaghisheen Pass in tegengestelde richting van de dag ervoor en slaan later af door de Ballaghbeama Gap, een stuk wat we eerder niet hebben gereden.
Wat een geweldig goede beslissing was dit. Het is er uitgestorven, het is er prachtig. Omdat alle toeristen allemaal alleen de Ring of Kerry rijden, rijden we hier echt een groot deel van de tijd helemaal alleen. Op de weg liggen de schaapjes te slapen, het is er doodstil. We rijden door ruige bergen met veel rotsen, door een soort prairieachtig graslandschap waar de enige tekenen van mensen de weg en elektriciteitslijnen zijn. Wow, echt wow!
Tegen de tijd dat we Killarney National Park nu bereiken is het weer weer omgeslagen en regent het. Maar het maakt ons niks meer uit! Dit stuk Ring of Kerry is het meest bezocht en behoorlijk druk met touringcars. Het is logisch, want de uitzichten over de meren bij Ladies View zijn ook fenomenaal. Maar toch… de stilte in de pas staat in schril contrast met busladingen schreeuwerige Duitsers en Amerikane. Om het vreselijke plaatje compleet te maken, begint er ook nog een doedelzakspeler te spelen. Er wordt nog net geen entree gevraagd om om je heen te mogen kijken.
We vertrekken richting de Torc waterval. Ook daar is de parkeerplaats druk en inmiddels regen het flink. We besluiten door te rijden. Op de bergen eerder hebben we al tientallen kleine watervalletjes gezien, die misschien nog wel indrukwekkender waren dan deze ene grote. Nou speel ik een beetje vals, want ik ben er al eens geweest. Het is Remco die dus nu een stukje mist.
Het blijft regenen, dus stoppen we niet meer beneden bij het meer. Vind ik wel jammer, want ik weet dat je daar prachtig uitzicht hebt. Maar goed, we hebben wél de ervaring van de pas en dat is dit gemis helemaal waard!
We rijden door Killarney heen waar we ook al niet stoppen. Ziet er niet heel gezellig uit. Plus dat onze detour over de pas en het getreuzel bij het huisje ervoor hebben gezorgd dat het inmiddels al 15.00 uur is. We moeten nog best een stukje rijden, dus hups de grote(re) weg op en op naar Bunratty.
In de buurt van Limerick komen we door het plaatsje Adare. Wow, alsof je in een sprookje terecht bent gekomen. De schattigste cottages, met en zonder rieten dak, worden afgewisseld door hystorische gebouwen. Het ziet eruit alsof het ook flink toeristisch wordt uitgebuit, maar toch hadden we best even rond willen wandelen. We moeten echter voor 19.30 bij de B&B zijn en willen dus het liefst gewoon daar in de buurt na het inchecken eten. Later ontdek ik dat we makkelijk veel later hadden aan kunnen komen, dan leggen ze gewoon een envelop met je naam erop bij de voordeur buiten 😀
In Bunratty bevindt zich een kasteel met daarbij een nagebouwd Middeleeuws dorpje. Het is de reden dat ik een B&B hier heb geboekt (en omdat er gewoon nog een overnachting tussen moest op weg naar Galway, dat ook), maar inmiddels hebben we besloten het niet te bezoeken. De entree is maar liefst 16 euro en er schijnt weinig background info gegeven te worden. Wel rijden we er vlak langs op weg naar de B&B. Best impressive!
Onze B&B is leuk! Heel netjes, schoon, beetje truttig. Er is een superfijne douche (hoewel het douchewandje wel compleet instort) en een fijne huiskamer voor de gasten. Sowieso voelt het geheel heel huiselijk! De muren zijn wel superdun, ik heb de buurman de hele nacht horen snurken 😀
Het avondeten nuttigen we ditmaal in een “country pub”. Heeft weinig met een pub te maken, het is een flink restaurant met bediening in keurige company overhemden en doekjes over hun arm. Remco neemt een steak, ik een kipburger met guacamole en zoete aardappelfrietjes. Toe is er toffee creme brulee en lemon tart.
’s Avonds besluit ik dat ik te moe ben voor een stukje en lees lekker mijn boek uit.
Afgelegde afstand: 250 kilometer
Ontdekt: Midges zijn écht rotbeesten! Je wordt er in de boekjes voor gewaarschuwd, maar ik had verwacht dat ze er nu niet meer zouden zijn. Wel dus. Bij het fort worden we compleet opgegeten. Midges zijn superklein, maar vliegen in zwermen. Je wordt dus direct door meerdere van die rotbeesten gestoken. Remco zit in no time onder de rode bultjes en jeuk. Ik blijk ook van deze beten weinig last te hebben, maar heb ook wel wat jeukerige momenten.