Het hotel in Dublin had een beperkt continaal ontbijt en dus hadden we vooraf besloten om buiten de deur te ontbijten. Thuis hadden we al uitgevonden dat vlak om de hoek een heel goed ontbijttentje zat. Sadies Sister legde een geweldige basis voor de dag met érg lekkere koffie en een geweldig ontbijt. Iets van Turkse eieren voor Remco en voor mij gepocheerde eitjes met avocado en hummus. Njum!
Na het ontbijt hebben we snel uitgecheckt en de auto weer opgezocht. Parkeren in Dublin is DUUR trouwens. Eigenlijk moesten we maar liefst 35 euro afrekenen voor een nachtje de auto laten slapen. Er was gelukkig een hotelkorting, dus bleef er nog “maar” 17,50 over.
Het eerste doel van de dag was Dún Laoghaire, de haven bij Dublin. Eigenlijk stond dit alleen maar op de agenda omdat ik er per se even geweest wilde zijn. Dun Laoghaire komt voor in de guilty pleasures der guilty pleasures: PS I love you. Ik denk dat ik die film ondertussen meer dan 10x gezien heb. Dún Laoghaire is trouwens ook de enige Ierse plaatsnaam waarvan we weten hoe je hem uitspreekt: Dun Leary. Sinds ik Remco heb gedwongen om mijn lievelingsfilm ook te kijken is nu élke onuitspreekbare Ierse plaats iets met Leary. Inside joke. Had je bij moeten zijn. Ofzo.
Anyway, Dún Laoghaire bleek best tof! Lekker zeelucht snuiven en over de rotsen banjeren bij Fourty Foot: een zwemvoorziening aan zee. Bankjes voor je kleren, een trappetje het water in, supertof. En nog druk ook! Oorspronkelijk was het alleen voor heren trouwens, tegenwoordig mag iedereen er het water in plonsen.
Wicklow Mountains
Na nog een flink stuk over de kustweg gereden te hebben zijn we via Enniskerry en Glencree de Wicklow Mountains ingereden. Helaas lieten we de zon achter in Dublin en hebben we heel veel laaghangende bewolking gezien en af en toe een spatje regen. Toch bleef het een prachtige rit. De heide staat nog net een beetje in bloei en de toeristendrukte is wel zo’n beetje voorbij. Kabbelende beekjes, een geweldige waterval (op privé terrein! Je zal een waterval bezitten, wow!) en natuurlijk schaapjes op de weg. Heerlijk toeren, af en toe uitstappen. Zalig! Ook nog een vos gezien trouwens, nog in de bewoonde wereld. Het beestje was volgens mij bijna handtam, keek niet op of om van ons. Helaas waren we allebei wel te laat voor een foto.
Het eindpunt van de dag was Glendalough. In Glendalough vind je de restanten van een klooster gesticht door St. Kevin, waarvan de overblijfselen behoren tot de oudste christelijke overblijfselen van Europa. De naam Glendalough is afgeleid uit het Iers: Gleann Dá Locha: “Dal van de twee meren”, refererende aan de meren in het dal genaamd Lower Lough en Upper Lough.
Glendalough
Ik vreesde in Glendalough een beetje voor hoge entreeprijzen en heel veel toeristen, zeker gezien het aantal touringcars wat we ineens zagen verschijnen. Gelukkig viel het erg mee! Ja, er liepen wel wat groepen mensen, maar niet zoveel dat rustig rondkijken niet meer ging. En er werd geen entree gevraagd, de Monastic City is gewoon vrij te bezoeken. De hele dag trouwens! Ik had meteen visioenen van foto’s bij het ochtendgloren met mist ofzo. Spooky!
Glendalough was erg indrukwekkend. Grotendeels is het een begraafplaats, maar er staat ook een ruïne van een kathedraal en een round tower. Blijft fascinerend hoe ze toentertijd bouwden. En wat een uitzicht. Prachtige plek! Blij dat we ons niet hebben laten weerhouden te gaan door de afschrikwekkende touringcars 😀
Na Glendalough zijn we naar onze B&B gereden. Deze B&B heb ik vrij laat geboekt. In eerste instantie zouden we ergens anders slapen, maar somehow voelde die niet helemaal lekker. Dus nog eens gezocht en toen de boeking gewijzigd. Achteraf bleek deze de vorige keer niet omhoog gekomen te zijn op Booking.com omdat ik normaal altijd zoek naar slaapplaatsen met wifi. Dat vergat ik aan te vinken, maar zorgde er wel voor dat we nu in een FANTASTISCH landhuis slapen. WOW! Zo mooi! En we hebben een zitkamertje. Een regendouche! En geweldig uitzicht! Eigenlijk wil ik hier morgen niet meer weg…
En eigenlijk wilden we vanavond ook niet meer weg, maar er moest nog gegeten worden. In Rathdrum kwamen we terecht bij “Bates’ Restaurant”. Alsof je in een film terecht kwam. Een doorgangetje in de hoofdstraat, waardoor je in een soort verscholen zijstraatje kwam, met daar een pub, een restaurant en een soort beergarden. Superleuk! Prima gegeten ook, geen culinair hoogstandje, maar gewoon prima. Worst voor Remco en ik had regenboogforel. En samen deelden we een hele lekkere creme brulee.
En nu, tijd voor de regendouche!
Afgelegde afstand: zo’n 85km
Ontdekt: 50km per uur rijden voelt hier als KEIHARD!
In de Wicklow Mountains hoor je op sommige plekken helemaal geen geluid, behalve de wind. Geen vogels, geen auto’s, geen schapen,gewoon echt niets.